- Door
- Veenman
- geplaatst op
- 15 mei 2008 08:09 uur
Gisteren heeft de voorzieningenrechter in Haarlem vonnis gewezen in de zaak die door De Staat was aangespannen tegen IS Interned Services en één van haar klanten. De Staat eiste dat IS en haar klant gedwongen zouden worden de website van de klant offline te halen. De klant beschuldigde de Nederlandse belastingdienst en één specifieke belastinginspecteur van racisme, corruptie, machtsmisbruik en discriminatie op haar website. Een deel van de bloemlezing van de klant, zoals het ook letterlijk in het vonnis staat, luidde:
After haven failed to achieve their goals they started looking for Dutch officials who share same RACIST view. They finally saw one working for the Dutch tax department in the person of Mr. […]. This corrupt and racist tax official decided to impose a very high tax on me. On collection of his imposed tax he invoked emergency law permitting him to collect the said amount on the spot […] Knowing that it was impossible to comply with this law, this racist tax official went ahead to seize all the money they could find with me and in my office.
De rechter concludeerde dat deze uitlatingen, zonder feitelijke onderbouwing, onrechtmatig zijn. De klant is daarom ook verplicht om dit van haar website te verwijderen, onder bedreiging van een dwangsom van 1.000 euro per dag, met een maximum van 10.000 euro.
Ondanks het feit dat de inhoud van de website onrechtmatig is, wordt IS Interned Services niet door de rechter veroordeeld. De rechter is hier heel duidelijk over:
De uitingen op de website van A-Group kunnen niet als onmiskenbaar onrechtmatig worden beschouwd. Staat der Nederlanden heeft haar nodeloos in de onderhavige procedure betrokken, nu Staat der Nederlanden uit de met IS InterNed Services gevoerde correspondentie had kunnen afleiden dat IS InterNed Services na ontvangst van een rechterlijk vonnis waarin de gewraakte uitlatingen onrechtmatig worden beoordeeld, onmiddellijk tot het verwijderen van de website zou zijn overgegaan.
De rechter lijkt er zwaar aan te tillen dat De Staat niet alleen de klant maar ook IS zelf heeft gedagvaard. Het belangrijkste is wel dat de uitingen volgens de rechter voor IS niet onmiskenbaar onrechtmatig zijn. De rechter legt ook uit waarom dat zo is:
Het betreft immers slechts een reactie van een derde op uitlatingen die zijn geplaatst op een website waarvan IS InterNed Services de hosting verzorgt. IS InterNed Services wist niet, en kon ook niet weten, waarop de uitlatingen waren gebaseerd, zodat zij zich geen oordeel omtrent de juistheid of rechtmatigheid ervan kon vormen. Het feit dat het de Staat der Nederlanden was die deze uitlatingen in voormelde brief als onrechtmatig kenschetste, maakt niet dat IS InterNed Services wist of redelijkerwijs behoorde te weten dat de uitlatingen een onrechtmatig karakter hadden.
Het vonnis is glashelder en geeft ondanks het feit dat dit maar een uitspraak van een voorzieningenrechter is, wel duidelijke handvaten hoe om te gaan met dit soort kwestie. Ik ben blij en opgelucht om te zien dat ik er helemaal naast zat met mijn conclusie, dat de inhoud wel onmiskenbaar onrechtmatig is.
Arjan Steevels, directeur IS Interned Services:
Wij zijn natuurlijk ook erg opgelucht. Alhoewel we er van overtuigd waren dat dit een dusdanig geval was dat het niet aan ons was om te oordelen blijft het altijd afwachten hoe een rechter beslist.
Gelukkig achter de rug. De verwachting is niet dat de Staat in hoger beroep gaat aangezien hun doel bereikt is, de website is immers uit de lucht.
Uiteraard mijn felicitaties aan IS Interned Services voor deze overwinning!
Update 8:50 uur: Reactie IS directeur Arjan Steevels toegevoegd.