- Door
- Arnout Veenman
- geplaatst op
- 27 december 2010 08:01 uur
aantrof. Veel hosters denken dat de getroffen klanten – die de domeinnamen naar hen willen verhuizen – nu de pineut zijn. Gelukkig is dat niet zo.
De overeenkomst om de domeinnaam te registreren door de hoster is namelijk een lastgevingsovereenkomst (art. 7:414 BW) . In dit geval is de last die de hoster (de lasthebber) heeft om een domeinnaam voor de klant (lastgever) te registreren. Hij kan de domeinnaam bij de uitvoering van de last op eigen naam registreren (uiteraard moet de overeenkomst zich daar verder niet tegen verzetten, maar in beginsel kan het gewoon).
Nu de hoster failliet is gegaan blijft de hoster de rechthebbende op de domeinnaam. In het geval van het kopen van een brood zou dit anders zijn. Indien ik mijn buurman vraag een brood te kopen in de winkel en mijn buurman neemt die last op zich. Zodra hij het brood koopt wordt ik de eigenaar en bezitter van het brood, terwijl mijn buurman enkel “houder” van het brood wordt (art. 3:110 BW). Echter in het belang van de betrouwbaarheid van het openbare register dat registries aanhouden geldt dit niet voor domeinnamen.
Wel is de hoster bij het opzeggen van de lastgevingsovereenkomst verplicht om de domeinnaam aan de klant te leveren. Door het faillissement eindigt de lastgevingsovereenkomst van rechtswege, waardoor deze verplichting ontstaat. Helaas betekent het faillissement ook meteen dat deze verplichting niet meer kan worden afgedwongen en daarmee alsnog in het faillissement van de hoster valt.
Gelukkig is er een oplossing, in het geval van faillissement van de hoster, dan kan de klant (de lastgever) de voor overgang vatbare rechten (het recht op een domeinnaam is vatbaar voor overgang, door een houderwijziging) van de hoster (de lasthebber) op hem laten overgaan door zowel het registry als de hoster een schriftelijke verklaring te sturen (art. 7:420 lid 1 BW).
Toestemming of instemming van het registry noch de hoster is vereist om de rechten op de klant te doen overgaan. De rechten op de domeinnaam gaan van rechtswege over op de klant. Het registry kan aan de hoster (lasthebber) wel vragen wie de klant (lastgever) is, om zo te controleren of de persoon die aanspraak op de domeinnaam maakt, wel daadwerkelijk de lastgever is. De hoster is verplicht om dit aan het registry mede te delen (art. 7:420 lid 3 BW).
Uiteraard blijft men aangewezen op medewerking van het registry in kwestie. Mocht het registry niet willen meewerken (ook al is men daar rechtens toe gehouden), dan blijft de klant aangewezen op de gang naar de rechter of een andere vorm van geschillenbeslechting. In het geval dat dit SIDN is kan men voor een beroepszaak laagdrempelig terecht bij het College voor Klacht en Beroep van SIDN zelf. De kosten hiervoor zijn met 50 euro ook laag en worden zelfs teruggestort indien men in het gelijk wordt gesteld.