- Door
- Arnout Veenman
- geplaatst op
- 11 december 2006 16:58 uur
Er komt een nationaal platform dat gaat zorgen voor een soepele onderlinge koppeling van IP-netwerken. Op vrijdag 8 december 2006 hebben diverse marktpartijen samen met de 13 gemeenten van Stedenlink, een platform van gemeenten dat zich inzet voor open netwerken, en het ministerie van EZ hiertoe besloten. Onder de naam BreedNed zal het platform direct na de jaarwisseling van start gaan.
Dit is natuurlijk een perfect initiatief, al vraag je je natuurlijk direct af of er weer een ‘platform’ nodig is om IP-netwerken te koppelen, terwijl er al redelijk wat internet exchanges, zoals de AMS-IX zijn. Echter lijkt het er op dat dit een initiatief is om van Nederland één grote internet exchange te maken en het platform BreedNed zal dit dan in goede banen leiden.
Een goed voorbeeld van wat BreedNed landelijk wil bereiken is de NDIX, waarop je eenmaal er op aangesloten, met alle andere aangesloten partijen onbeperkt IP-verkeer kunt uitwisselen. Dat een ideaal model is, gezien partijen die veel dataverkeer willen uitwisselen, voor bijvoorbeeld beveiliging, VPN-toepassingen, onderwijs, zorg en media nauwelijks hun dataverkeer kunnen uitwisselen over de huidige gesloten netwerken.
In een andere zin lijkt BreedNed ook op de NDIX, gezien de landelijke netwerkpartijen die zich er aan verbonden hebben in grote mate overeen lijken te komen KPN, Essent Kabelcom en Reggefiber/Eurofiber, enkel Vodafone, dat wel verbonden is met de NDIX heeft zich nog niet verbonden aan het BreedNed platform.
Het is een interessante ontwikkeling om te zien dat voormalig monopolisten ineens allemaal meewerken aan een dergelijk initiatief. Opzich is dat ook niet zo heel vreemd, gezien de kosten voor de partijen die meedoen in feite ook lager worden. Het dataverkeer moet toch uitgewisseld worden en dat kun je dan maar beter zo efficient mogelijk doen.
Daarnaast moeten zowel zakelijke als particuliere consument worden aangesloten op het netwerken. De lastmile naar het netwerk daar zitten naar mijn idee de lucratieve mogelijkheden. En niet eens zo zeer aan de lastmile zelf, maar door de mogelijkheid tot verkoop van additionale dienstverlening, gezien de consument het liefst zoveel mogelijk diensten bij één leverancier inkoopt.