- Door
- Jeroen Mulder
- geplaatst op
- 6 maart 2015 08:00 uur
Veel details geeft Microsoft nog niet prijs, maar het is wel duidelijk dat het bedrijf op diverse manieren probeert de cloud te veroveren. Natuurlijk met Azure, maar ook door haar voornaamste product – het besturingssysteem – zo “cloud-fähig” mogelijk te maken. In een uitgelekte presentatie onthuld Microsoft de Nano Server. Dat moet het ultieme cloud-OS worden.
Binnen Windows Server 2012 R2 was de Core Server al beschikbaar, feitelijk een gestripte versie van de volledige 2012-implementatie. Logische gedachte: Nano Server is nog wat verder afgepeld. Da’s niet helemaal waar. Microsoft claimt met Nano een echt cloud-OS op de markt te brengen, specifiek met functionaliteit die op cloudservers beschikbaar is. Microsoft noemt dat ‘born in the cloud applications’. Nano Server heeft een aantal typische cloudfuncties: asp.net vNext, PaaSv2, Core CLR en natuurlijk Hyper-V.
Nano Server krijgt een zero footprint-blauwdruk. Serverrollen en allerlei features die in Server 2012 aanwezig zijn, zitten niet in Nano, maar moeten Nano-servers van andere servers betrekken. Door functies uit Nano te halen en die buiten de feitelijke server core te houden, worden de hostimages aanzienlijk lichter en kunnen ze sneller worden uitgerold over grotere farms zonder daarbij bijvoorbeeld hef netwerk zwaar te belasten. Ander voordelen: de Nano Server wordt minder gevoelig voor patches. Heel simpel: op een OS met minder functionaliteit hoef je minder vaak te patchen.
En daar gaat het om. Want regelmatig moeten servers worden gepatcht en gereboot. Microsoft haalt expliciet het eigen Azure aan: de verstoringen door patches en reboots zijn de klanten een doorn in het oog. Het lijkt een van de belangrijkste drivers te zijn voor de ontwikkeling van Nano. Nog wel even wachten: Nano Server wordt in 2016 verwacht.