- Door
- Jeroen Mulder
- geplaatst op
- 12 mei 2015 08:00 uur
Volgens recente tellingen van Netcraft is DigitalOcean, dat in Nederland vanuit Amsterdam opereert, de op één na grootste webhoster ter wereld. Alleen Amazon heeft meer webfacing servers, gevolgd door 163.000 servers die in de datacenters van DigitalOcean staan. Voor de goede orde: vergeleken bij de honderdduizenden servers die Amazon operationeel heeft. Interessanter is hoe DigitalOcean deze groei weet te bewerkstelligen, want de hoster maakt niet alledaagse keuzes.
DigitalOcean groeit sneller dan Amazon, al merkt Netcraft terecht op dat het nog wel even zal duren voordat Amazon wordt ingehaald – als dat al gebeurt. Een van de problemen die de sterke groei met zich meebrengt, is de financiering. Bedrijven die zich vooral hebben gefocust op IaaS, hebben ook gemerkt dat de marges op IaaS dun zijn. In IaaS komt het volledig aan op schaalgrootte. Bedrijven die naast IaaS ook in andere clouddiensten willen groeien, zijn vaak aangewezen op externe financiering. Organische groei is slechts voor weinigen weggelegd. Microsoft? Ja, maar dat is een vertekend beeld. Microsoft kan Azure financieren vanuit andere, nog steeds lucratievere bedrijfsonderdelen.
Een logische keuze die DigitalOcean heeft gemaakt, is het realiseren van een nieuw datacenter in Frankfurt, rechtstreeks aangesloten op de DE-CIX. Dat datacenter is sinds een kleine maand operationeel. Vanuit Duitsland, beter: vanuit DE-CIX kan het bedrijf snel services uitrollen en klanten bedienen in grote delen van Europa. Daarnaast heeft DigitalOcean goed begrepen dat het uiteindelijk om applicaties gaat en niet om de onderliggende infra. Met Mesosphere heeft DigitalOcean een volledig geautomiseerde provisioningtool in huis waarmee klanten zelf extra functionaliteit in applicatielandschappen kunnen bouwen, waaronder fault tolerance. De tool maakt het mogelijk om duizenden virtuele systemen – droplets – als één server te beheren.
Veel en snel. Het is het succesmodel in IaaS. Daarmee heeft DigitalOcean nu een sterke groei weten te realiseren, maar het bedrijf had daar in december wel een extra financiële injectie voor nodig van 50 miljoen dollar. Dat bedrag kwam bovenop op een investeringsronde eerder vorig jaar waarbij het bedrijf al bijna 38 miljoen ophaalde. Dan moet je als hoster wel een goed verhaal hebben, iets te bieden hebben waar klanten echt op zitten te wachten. Veel en snel alleen is dan niet meer voldoende: een bedrijf moet zich dan onderscheiden. Dat verklaart wellicht de wat vreemde keuze die DigitalOcean maakte om FreeBSD te gaan leveren. Sinds januari kunnen klanten dat besturingssysteem bestellen op de machines van DigitalOcean. FreeBSD was een tijd lang populair vanwege de stabiliteit, maar is in de laatste jaren naar de achtergrond verdwenen.
De tijd zal leren of dit DiigitalOcean hiermee, samen met Mesosphere, voldoende onderscheidend vermogen heeft om de snelle groei te continueren.