- Door
- Rashid Niamat
- geplaatst op
- 29 juli 2010 08:03 uur
Toen ik in 1990 afstudeerde, behoorde ik tot de eerste lichtingen die voor het schrijven van de scriptie geen gebruik meer maakte van de typemachine. Wij behoorden tot de kleine groep die – in de regel via de ouders – personal computers met adembenemende programma’s op 5,25” diskette als Wordperfect tot onze beschikking hadden. Het waren tijden waarin studenten geleidelijk de pc leerden gebruiken, terwijl de universiteitsbibliotheken nog vertrouwden op kaartenbakken en microfiches.
Daarna rolde ik het bedrijfsleven in en ben doorgegaan met het gebruiken van pc’s. Daardoor stond ik amper stil bij het feit dat er mensen zijn die gelijk met mij hebben gestudeerd en dus ongeveer even oud zijn, maar tijdens hun studie geen computer hebben aangeraakt.
Met een aantal studiegenoten heb ik nog steeds contact en ik verbaasde me er al eerder over dat in deze groep zoveel mensen voorkomen die wel negatief zijn over moderne communicatie en internet. Dat er een link is met de studietijd had ik echter nog niet gelegd.
Het kwam op de jaarlijkse reünie wel ter sprake. Het kost de universiteit schijnbaar veel moeite in contact te komen en te blijven met de groep 45- tot 50-jarigen (daar zit mijn lichting bij). Er is onderzoek gedaan en het blijkt dat een aanzienlijk deel van deze ex-studenten de voorkeur geeft aan offline communiceren. Dit niet alleen met de universiteit, ook met andere instellingen en leveranciers.
Toen ik dit hoorde was mijn eerste reactie dat dit niet kon kloppen. Maar door verschillende oud-studiegenoten werd ik terecht gewezen. Er is echt een groep die op de universiteit en de hoge school de computer net niet meer heeft meegemaakt en mede daardoor in het bedrijfsleven ook pas veel later digivaardigheden ging opbouwen.
Eén van de aanwezigen noemde zich vertegenwoordiger van de ‘generatie net-niet’. Dat wil niet zeggen dat hij uitsluitend offline communiceerde. Hij gaf echter aan te merken dat hij een achterstand blijft houden op sommige collega’s en natuurlijk zijn kinderen.
Het verhaal van de generatie net-niet heeft me wel aan het denken gezet. Ik begrijp nu beter waarom sommigen de e-mails niet binnen een dag beantwoorden of een Twitter-account hebben zonder activiteit. De ironie is trouwens wel, dat ik me lang heb bemoeid met programma’s als Digibewust en nooit in de gaten had dat in mijn directe omgeving nog zoveel te winnen was.