- Door
- Arnout Veenman
- geplaatst op
- 20 september 2010 08:07 uur
Bits of Freedom is verbolgen over de wijze waarop de regering heeft gereageerd op de open brief die is gestuurd over het wetsvoorstel dat het openbaar ministerie verregaande bevoegdheden geeft om websites van het internet te verwijderen.
Een woordvoerder van het ministerie van justitie doet namens de minister tegenover Tweakers.net net alsof de nieuwe bevoegdheid enkel zal worden gebruikt voor evident strafbare feiten. Daarnaast stelt de woordvoerder ook nog eens dat de bevoegdheid enkel zal worden gebruikt als providers de content niet kunnen verwijderen. Het derde punt van kritiek is dat de woordvoerder net doet of het openbaar ministerie haar bevoegdheid met terughoudendheid zal gebruiken.
Fijntjes worden al deze argumenten van de minister door BoF gefileerd. In het wetsvoorstel noch in de bijbehorende memorie van toelichting staat hier iets over te lezen. De nieuwe bevoegdheid kan worden ingezet tegen alle strafbare feiten – waaronder ook auteursrechtenschending – dus niet alleen bij evident strafbare feiten. Ook is het wetsvoorstel juist gericht op providers, als deze de content niet kunnen verwijderen, dan zou het openbaar ministerie niks aan de nieuwe bevoegdheid hebben. Dat het openbaar ministerie de bevoegdheid terughoudend zal gebruiken, gelooft BoF ook niet. Dat blijkt maar weer uit de kwestie met blogger Bert Brussen die een bedreiging aan het adres van Geert Wilders op zijn blog citeerde.
Ook is BoF er verbolgen over de minister net doet alsof er niks verandert, als de rechterlijke toets (vooraf) zou veranderen, want er zou immers achteraf nog door de rechter kunnen worden getoetst. Het probleem dat BoF aankaart is ondermeer dat de bewijslast wordt omgedraaid. De burger moet door het nieuwe wetsvoorstel aantonen waarom de verwijdering onterecht was, in plaats van het openbaar ministerie die dat nu vooraf moet aantonen. Dit werkt overheidscensuur in de hand.