- Door
- Arnout Veenman
- geplaatst op
- 13 mei 2008 08:05 uur
Na ruim twee maanden zijn de kamervragen aan Staatssecretaris Heemskerk (Economische Zaken) over de landrush numerieke .nl-domeinnamen eindelijk beantwoord. De meest opvallende uitspraak van de staatssecretaris is, dat naar zijn mening de landrush niet mislukt is, omdat SIDN de keuze en de uitvoering van de landrush zorgvuldig heeft voorbereid én SIDN er voor gezorgd heeft dat Blixem en MijnAlbum.nl zo’n 4.000 domeinnamen hebben teruggeven.
Als reactie op het verloop van de landrush in het algemeen schrijft de staatssecretaris:
Ik constateer op basis van de hierboven beschreven gang van zaken dat SIDN de klachten over de landrush ter harte heeft genomen en responsief heeft gehandeld door het verloop van de landrush kritisch door te lichten en corrigerende maatregelen te treffen die tegemoetkomen aan de kritiek op de landrush.
De belangrijkste vraag is natuurlijk of de staatssecretaris vindt dat SIDN moet worden opgeheven en dat OPTA haar taken moet overnemen. Het antwoord daarop is volmondig nee, al gaat de staatssecretaris de duimschroeven van SIDN wel aandraaien. Het betoog van de staatssecretaris geeft duidelijk aan hoe hij tegen de positie van SIDN aankijkt:
Ja. Ik ben niet van mening dat de gang van zaken rond de introductie van numerieke domeinnamen rechtvaardigt dat het huidige systeem van zelfregulering bij de uitgifte van domeinnamen beëindigd wordt en dat de uitgifte ondergebracht wordt bij de overheid (OPTA). Ik ben wel van mening dat het .nl-domein een zodanig groot publiek belang heeft, dat de continuïteit van dit domein en de soevereiniteit over dit domein met meer waarborgen omkleed moet worden. Ik zal daartoe met SIDN een convenant sluiten medio 2008. Ik licht dit als volgt toe.
Zelfregulering ligt aan de basis van de grote vlucht van het internet en de vruchten die de economie en maatschappij daarvan plukken. In de meeste geïndustrialiseerde landen met een markteconomie is zelfregulering in het internet en bij domeinnamen dan ook gangbaar en het principe wordt bevorderd door de OESO en binnen de EU. Er is in Nederland keuzevrijheid op het gebied van domeinnamen (.nl, .com, .net, etc) en concurrentie tussen de vele partijen die domeinnamen aanbieden 4). De kosten voor registratie van .nl-domeinnamen zijn vergeleken met andere landen nog steeds laag en het .nl domein heeft binnen zelfregulering kunnen uitgroeien tot het vierde grootste landendomein ter wereld. Er is voor mij dan ook geen reden om dit systeem ter discussie te stellen.
Het is wel zo dat het .nl-domein een kritisch infrastructureel control point geworden is. De huidige 2,8 miljoen geregistreerde .nl-domeinnamen spelen een cruciale rol in het economisch en maatschappelijk verkeer in Nederland. Domeinnamen maken het mogelijk dat consumenten, bedrijven, instellingen en de overheid kunnen internetten, e-mailen, communiceren en zaken doen via het ‘web’, en in Nederland behoren meer dan 80 % van de gebruikte domeinnamen tot het .nl-domein. Onderbreking of uitval van het .nl-domein zou dan ook grote economische en maatschappelijke schade tot gevolg kunnen hebben.
Onderkenning van het publieke belang van het .nl-domein door SIDN en EZ leidde in 2005 tot een intentieverklaring tussen de Minister van Economische Zaken en SIDN om te onderzoeken hoe de continuïteit van het .nl-domein en de soevereiniteit over dit domein gewaarborgd kan worden. In het verlengde van deze intentieverklaring hebben SIDN en ik nu besloten om een convenant te ondertekenen. De in het convenant vervatte afspraken en maatregelen zullen ertoe dienen om het .nl-domein onder alle omstandigheden bereikbaar te houden, en om het .nl-domein blijvend aan Nederland te verbinden.
De staatssecretaris vooral in op het oplossen van de problematiek rondom de landrush in plaats van dat de staatssecretaris expliciet op eventuele fouten van SIDN wijst. Ik ben verder erg benieuwd wat er in het convenant tussen de staatssecretaris en SIDN komt te staan.
De antwoorden van staatssecretaris Heemskerk op de kamervragen zijn hier te downloaden.