- Door
- Arnout Veenman
- geplaatst op
- 26 september 2014 08:00 uur
De internetconsultatie over de beleidsregel netneutraliteit werd in belangrijke mate beheerst door de vraag of het aanbieden van toegang tot internet via IPv6 daaronder valt. De knuppel werd in het hoenderhok gegooid door SIDN-jurist Maarten Simon. Het ministerie van Economische Zaken stelt nu in het consultatieverslag over de beleidsregel dat ondersteuning van IPv6 niet onder netneutraliteit valt.
In het consultatieverslag (pdf) worden eerst de verschillende standpunten over ondersteuning van IPv6 en netneutraliteit door EZ uiteengezet:
Een aantal partijen heeft aangegeven dat aanbieders van internettoegang die het IPv6 protocol niet ondersteunen internetdiensten die gebruik maken van IPv6 belemmeren, wat volgens deze partijen in strijd is met de netneutraliteitsregels. Andere partijen hebben daarentegen aangegeven dat het aan de aanbieder van internettoegang is om te bepalen of hij IPv6 wil ondersteunen of niet en dat de netneutraliteitsregels daarop niet van toepassing zijn.
De conclusie die EZ zelf trekt, is de volgende:
De netneutraliteitsregels bepalen dat aanbieders van elektronische communicatienetwerken waarover internettoegangsdiensten worden geleverd en aanbieders van internettoegangsdiensten geen diensten of toepassingen op het internet mogen belemmeren of vertragen. Deze eisen hebben alleen betrekking op het feitelijke transport van diensten via een communicatienetwerk en niet op de inrichting en de kwaliteit van een communicatienetwerk als zodanig. Het al dan niet ondersteunen van IPv6 is een keuze ten aanzien van de inrichting van het netwerk waarop de netneutraliteitsregels niet van toepassing zijn. Dit laat onverlet dat een snelle introductie van IPv6 van groot belang is om de toegankelijkheid van het internet in de toekomst te kunnen waarborgen.
Waar de conclusie van EZ op neerkomt is dat netneutraliteit gaat over wat er over het internet wordt verstuurd én niet hoe het internet moet worden ingericht.
De conclusie van de EZ lijkt me de juiste. Het internet is immers een netwerk dat bestaat uit eindpunten van IP-adressen. Oftewel een netwerk van apparaten die een gemeenschappelijk nummersysteem hebben waarmee elk eindpunt in het netwerk kan worden geïdentificeerd aan de hand van een uniek nummer. IPv4 en IPv6 zijn echter twee verschillende nummersystemen die los van elkaar staan en opereren. Daarom is volgens mij wat wij het internet noemen, eigenlijk een combinatie van twee aparte netwerken, namelijk een IPv4- en IPv6-netwerk. Een apparaat met zowel een IPv4- als een IPv6-adres is dus verbonden met twee verschillende netwerken. Netneutraliteit gaat over dat elk eindpunt op het netwerk (IPv4 en/of IPv6) waar toegang toe wordt geboden bereikbaar is en dat verkeer naar die eindpunten gelijk (neutraal) wordt behandeld. Het gaat er niet over dat tot elk van beide netwerken toegang moet worden geboden.
[advpoll id=”94″ title=”Vraag van de dag” width=”100%”]