- Door
- Jeroen Mulder
- geplaatst op
- 7 september 2016 08:00 uur
De wereld is er niet eenvoudiger op geworden met cloud. Integendeel. Het lijkt wel of de complexiteit alleen maar toeneemt, ondanks het feit dat het cloudlandschap zelf behoorlijk overzichtelijk lijkt met een paar grote, dominante spelers. Maar infrastructuur is één, dienstverlening en services op die infra zijn iets anders. Het speelveld van cloudservices is complex. Al die PaaS- en SaaS-aanbieders moeten op een of andere manier worden verbonden met die infrastructuur. Het wordt nog ingewikkelder als de infra wordt verdeeld tussen een private en public cloud. Toch is dat de toekomst, concludeert IBM na een recent onderzoek. Bedrijven gaan voor hybride cloud: dat wordt de standaard.
Big Blue kon daar wel eens gelijk in hebben: hybrid wordt de standaard. Logisch: er zijn nu eenmaal omgevingen die -om welke reden dan ook- op een privaat gehoste infra moeten draaien. Maar daar begint het al: definieer ‘private cloud’. Is dat een omgeving die echt alleen door één partij voor één omgeving is te benaderen? Of gaat het dan alleen om de compute-laag? Private cloud-stacks delen niet zelden storage- en netwerklagen, weliswaar binnen het ‘eigen’ datacenter. Is private dan niet slechts een transitie naar public cloud? Daar kun je immers toch ook ‘zones’ aanmaken waar alleen een specifieke gebruiker toegang tot heeft? RBAC, encryptie, multi-factor authenticatie: het kan allemaal al in de cloud.
Dat is het punt ook niet. Het heeft niet zozeer te maken met ‘security’, als wel met kosten. Een private stack is niet zelden domweg goedkoper. En dat komt omdat bedrijven nog niet klaar zijn voor de maximale flexibiliteit die cloud en anything-as-a-service biedt. Het verhuizen van omgevingen naar de cloud vergt veel meer dan het letterlijk verplaatsen van workloads naar die cloud. Als een bedrijf echt voordeel wil halen uit een dergelijke transformatie, dan moet het ook kijken naar service levels en service modellen. Maar nog steeds verlangen bedrijven dat omgevingen een enorme beschikbaarheid hebben. Zelden komt een KPI onder de 98 procent. Dat is onzin in de cloud.
Laten we die beschikbaarheid maar nemen als meest eenvoudige KPI. Een beschikbaarheid van 98 procent wordt overigens zelden gevraagd, het is vaak 99,8 of veel hoger. 98 Procent betekent dat een omgeving op 7*24 service level drie-en-een-half uur ‘downtime’ mag hebben per week. Laten we vervolgens eens een ontwikkelsysteem bekijken. Wordt er in het weekend echt ontwikkeld op die systemen? Of zouden deze systemen in de weekenden ook ‘uit’ kunnen? Misschien kunnen ze zelfs wel ’s avonds uit? Dat betekent dat je de KPI niet op 7*24 berekent, maar op bijvoorbeeld 5*8. Het betekent ook dat een IT-organisatie de flexibiliteit moet hebben om op deze manier met resources om te gaan. IT is dan ineens niet altijd aan, maar aan als het moet. Er is altijd water, maar je draait de kraan pas open als je dat water echt nodig hebt.
Terug naar die complexiteit. In productiesystemen is dit lastig. Dat komt door allerlei verbindingen en interfaces. Als je die onderbreekt omdat een specifiek systeem slechts op bepaalde tijden taken uitvoert, betekent het vaak dat elke keer als je dat systeem weer opstart, die interfaces opnieuw geïnitialiseerd moeten worden. Dat kost tijd en is foutgevoelig. Productiesystemen 7*24 in de cloud kosten echter een vermogen. Voorbeeldje: een systeem met twee virtuele cpu’s en 3,5 GB werkgeheugen komt in de public cloud op zo’n 110 euro per maand. Dan hebben we alleen een kale machine. Een nieuwe, fysieke machine wordt vaak over drie jaar afgeschreven, dus 36 maanden: da’s bijna vier mille cash out voor een echte doos waar je met virtualisatie meer dan één virtual op kunt draaien. Natuurlijk gaat die business case niet op: het is appels met peren vergelijken. Je moet immers ook allerlei andere kosten meerekenen, inclusief beheer. Maar bij die kale vm die we in de cloud hebben berekend, komen er ook allerlei kosten bij. Niet zelden blijkt een machine goedkoper te zijn om 7*24 op in een eigen omgeving te draaien. Als je echt wilt besparen, dan zul je ook de echte voordelen van de cloud moeten gebruiken en dat kan niet zonder flexibele SLA’s en een dito instelling van beheerders. Anders is de toekomst inderdaad hybride.